zaterdag 8 juni 2019 t/m zondag 10 november 2019
Een romantische expositie die het boerenleven van 150 jaar geleden laat zien, door de ogen van de Haagse School. Het Groene Hart had een enorme aantrekkingskracht op deze groep schilders. Ze schilderden niet alleen het prachtige, oer-Hollandse landschap met dramatische wolkenluchten en groene weiden maar ook haar bewoners. Kunstenaars zoals Jozef Israëls, Anton Mauve, Jan Hendrik Weissenbruch en Cornelis Vreedenburgh legden het landschap en de sfeer van het moment op unieke wijze vast en nemen bezoekers mee naar lang vervlogen tijden.
Het melken van de koeien, het laden van de hooikar, werk op het land; voor de boeren van toen dagelijkse taken. Maar voor de schilders van de Haagse School een bron van inspiratie. Kunstenaars zoals Willem Roelofs, Jan Willem van Borselen, Paul Gabriël, Bernard Blommers en Theophile de Bock trokken erop uit om deze momenten ter plekke vast te leggen. Soms trok hen het harde boerenbestaan en legde ze de nadruk op de armoede en het afzien. Maar vaak was het een geïdealiseerde indruk van een onbevlekt landschap -nog vrij van industrialisatie- en haar ‘eenvoudige’ bevolking.
De expositie toont bezoekers een idyllisch maar ook bikkelhard verleden waarin mensen veel dichter bij de natuur stonden. Het lijkt romantisch: een ongecompliceerd boerenbestaan zonder de moderne ongemakken als stress en files. Maar men leert snel dat dat maar schijn is. Het boerenleven was fysiek zwaar, de dagen waren lang en men was overgeleverd aan de grillen van de natuur. De in Woerden geboren schrijver Herman de Man vertelt hier prachtig over in zijn roman Het wassende water uit 1925. Deze oer-Hollandse klassieker gaat over het leven van een boerenzoon in de Lopikerwaard vol plichtsbesef en zelfopoffering. Het verhaal sluit qua tijd en sfeer prachtig aan bij de schilderijen. Citaten uit dit boek geven de expositie dan ook extra karakter.
Kortom, het Groene Hart 150 jaar geleden: hoe anders was het leven hier toen! Van al die boerendrukte is nu bijna niets meer over in de buitengebieden van Woerden. De gebouwen van toen staan er vaak nog wel, maar hebben hun functie verloren -op een enkele uitzondering na. In de expositie wordt door middel van foto’s en interviews op een touchscreen verteld wat er nog over is van het boerenbestaan en de boerderijen in deze streek. Welke waarde hebben ze en hoe bepalen ze nu nog de identiteit van het Groen Hart?